We zijn net terug van twee weken zomervakantie in Bretagne. Dat is een prachtig gebied, een beetje het Friesland van Frankrijk. Met een eigen taaltje, met trots op de eigen cultuur en volop eigen producten. Van de vrolijk gestreepte Bretonse shirts tot de Breizh cola, de Caramelix en de onvermijdelijke crêpes en galettes: hartig belegde boekweitpannenkoekjes.
Het was onze derde Frankrijk-vakantie in vijf jaar en wederom hadden we gekozen voor een camping van Les Castels. Dat zijn vijfsterrencampings en die maken dat predicaat ook steevast waar. Zo ook La Grande Metairie bij Carnac, fraai gesitueerd in de bossen bij de befaamde menhirvelden. Voorzien van onder meer een riant zwembad met glijbanen en stroomversnelling, een tokkelbaan, dierenparkje, amfitheater en een gratis pendelbus naar stad en strand. En met bovendien lekker weinig landgenoten, maar vooral Fransen en veul Engelsen.
Het was dus een heerlijke vakantie. Zo’n vakantie, waarin je heerlijk tot rust komt door lekker in het zonnetje te gaan zitten of liggen lezen. Aan het zwembad, op het terras voor je huisje of op bed. Dat wil zeggen: wanneer je tenminste voldoende leesvoer hebt. Ik had voor deze twee weken gekozen voor de Olympische editie van het magazine Helden, ‘Wat ons niet zal doden’ van David Lagercranz (het vervolg op de Millennium-trilogie van Stieg Larsson) en ‘Gerechtigheid’ van James Patterson, over mijn favoriete personage Alex Cross. In combinatie met elke dag een AD (weliswaar een dag oud) leek dat genoeg voor twee weken.
Niet dus … Onze vakantie was nog niet halverwege en ik klapte mijn laatste boek dicht. Uitgelezen. Beide boeken bleken dermate spannend, dat ik ze simpelweg niet weg kon leggen. En met het ontbreken van een tv, opgeteld bij uiterst trage wifi, was het dus vaak lezen, Yathzee spelen met vrouwlief of Uno-en met de kinderen. En na de zoveelste grote straat om je oren te hebben gekregen wordt lezen dan toch wel heel aantrekkelijk.
Waarom neem je dan geen e-reader mee, hoor ik menigeen denken? Nou, omdat de charme van lezen voor mij vooral ook uit dat fysieke boek bestaat. Ik kijk bij mensen in huis ook altijd naar wat er in de boekenkast staat, vind dat een deel van het beeld van degene waar je te gast bent. Van mij zou de boekenkast in huize De Kort dan ook best twee keer zo groot mogen zijn … Maar daar denkt vrouwlief anders over. En tja: die had voor deze vakantie gekozen voor twee werk-gerelateerde boeken, met titels als ‘De beste versie van jezelf’. En ik lees toch echt ter verstrooiing.
Gelukkig had ik een lotgenoot in mijn oudste zoon, boekenwurm Daan (13). Die had zich al evenzeer misrekend met zijn hoeveelheid leesvoer en zat aan het begin van de tweede week ook zonder. Ruilen was het devies. Hij begon aan James Patterson (en las die in een ruk uit) en ik begaf met in het genre ‘young adults’, met achtereenvolgens ‘Lockwood & Co’ van Jonathan Stroud (een soort Ghostbusters) en ‘De vijfde golf’ van Rick Yancey, verfilmd als ‘The Fifth Wave’. Die beide fantasy-boeken vulden een aardig deel van mijn tweede week. Net iets minder vaak lezen, toch maar weer een pak slaag met Yathzee oplopen en de tijd tikte weg …
… Tot de avond van de een-na-laatste hele dag voor ons vertrek, terug naar Nederland. Toen had ik echt niets meer te lezen … Daan trouwens ook niet. We waren uitgelezen, uitgeteld en uitgeblust. Ik viel moedeloos op mijn bed neer. Daar kwam Koen (9) naast me zitten. ‘Papa’, zei hij met zijn meest schattige blik (en neem van me aan: die is heel schattig). ‘Je mag ook mijn boek lezen hoor.’ En hij hield ‘Leven van een loser: ff offline’ omhoog … Ik bleef even stil en zei toen: ‘Nee, dank je schat. Papa heeft genoeg gelezen …’